In gesprek met kandidaat-Kamerlid Lucille Werner

Fotocredits: Stijn Ghijsen

De stembussen voor de Tweede Kamerverkiezingen zijn geopend. Tot woensdagavond 17 maart 21.00 uur kun je je stem uitbrengen op één van de vele kandidaten. Twee van hen zullen als zij een zetel in de Tweede Kamer krijgen, extra aandacht besteden aan mensen met een beperking: April Ranshuijsen (nr. 11 bij GroenLinks) en Lucille Werner (nr. 10 bij CDA). Uniek Sporten en Ongehinderd vroegen deze kandidaat-Kamerleden naar hun drijfveren en plannen. Vandaag gaan we in gesprek met Lucille.

Lucille Werner heeft meer dan twintig jaar ervaring in de media als presentator van tv-programma’s als Lingo, de Mis(s) Verkiezing en de Minister van Gehandicaptenzaken. Daarnaast heeft ze zich met haar eigen stichting altijd ingezet voor mensen met een beperking. Nu zet ze een opvallende volgende stap in haar carrière.

Wat is jouw drijfveer geweest om in de politiek te gaan?

“Bij de maatschappelijke programma’s die ik maakte had ik vaak de politiek nodig om iets voor elkaar te krijgen. Ik heb altijd wel een gevoel gehad: ooit wil ik daar zelf een onderdeel van uitmaken zodat ik mij directer met beleid kan bemoeien en met vraagstukken kan komen die ik vanuit mijn ervaring belangrijk vind. In de zomer van 2019 dacht ik: ik ga dit gewoon doen en toen heb ik mij bij het CDA aangemeld. Door mij hoog op de lijst te zetten heeft de partij wel aangegeven dat ze de thema’s als inclusie en toegankelijkheid waar ik voor strijd belangrijk vinden.”

Welke drie mijlpalen wil jij na vier jaar in de Tweede Kamer hebben bereikt?

“Ik vind toegankelijkheid echt een belangrijk thema. Daar moeten we nu echt iets aan gaan doen. Dat is zo lang al een ondergeschoven kindje. Het is bedroevend als je ziet hoeveel openbare ruimtes nog niet toegankelijk zijn voor mensen met een beperking. Daar wil ik echt mijn tanden in gaan zetten.

Wat ik ook belangrijk vind is dat we veel helderder gaan communiceren. Dat iedereen, ongeacht je beperking, begrijpt wat er gezegd en geschreven wordt als je een brief van de overheid krijgt.

Het derde is dat ik iemand wil zijn die de politiek en de mensen waar het gaat weer gaat verbinden. Die brug is aardig weggezakt in het midden. Dat moeten we gaan rechtzetten!”

Als we inzoomen op sport met een beperking, wat moet op dat gebied veranderen?

“Sport en bewegen is voor iedereen belangrijk. Ik merk dat het voor mij ook niet altijd even gemakkelijk is om te doen. Ik denk dat de toegankelijkheid van sportverenigingen en dat je je daar ook welkom voelt met een beperking, nog beter kan. Ik denk ook dat we ons als mensen met een handicap moeten realiseren dat sport wel degelijk voor ons is weggelegd. We moeten ook inzien dat het voor ons belangrijk is. Dat heb ik zelf ook gezien in mijn gezin. Mijn broer en zussen gingen tennissen of hockeyen, maar voor mij werd meer aan denksport gedacht, haha! Uiteindelijk werd het paardrijden, kwam ik toch nog sneller vooruit. Ik wilde zeker wel eenzelfde sport als mijn broer en zussen doen, maar mijn ouders beschermden mij daarin misschien te veel. We kunnen ons niet voorstellen dat mensen met een handicap best veel keuzes hebben. Ik denk dus dat het belangrijk is dat we dat meer promoten en dat we daarin de lat hoger leggen. Bewegen is gezond voor je dus doe het! Dat staat zelfs in het CDA-verkiezingsprogramma: sport en bewegen is voor iedereen belangrijk, ook voor mensen met een handicap.”

Jij komt uit de mediawereld, wat wil jij straks gaan doen aan de zichtbaarheid van mensen met een beperking?

“Ik vind het frustrerend dat als we het over diversiteit hebben dat het vooral over afkomst en seksuele geaardheid hebben. In dat vraagstuk moeten we mensen met een beperking ook echt standaard gaan meenemen. We hebben het over 2 miljoen mensen in Nederland. Om het al te benoemen scheelt ook. Ik denk ook dat mensen met een handicap veel meer moeten geloven in hun dromen. Dat mogen ze groot maken. Ik ben eigenlijk één van de weinige presentatoren met een beperking, hoe kan dat nou…? De rolmodellen moeten meer op staan. Ik kan moeilijk rolmodellen uit mijn mouw gaan schudden, maar die bewustwording zal ik altijd blijven uitdragen. Dat deed ik bij Lingo natuurlijk al met het loopje naar de desk. Dat deed ik voor de beeldvorming zodat je op een natuurlijke manier ziet dat ik anders loop. De kracht zit in de herhaling: als je dat loopje iedere dag blijft lopen dan zien mensen het als normaal. Daar zit volgens mij de sleutel naar acceptatie.”

Hoe wil jij contact houden met je achterban?

“Ik zou heel graag bereikbaar willen zijn voor iedereen zodat ik hoor waar behoefte aan is. Maak eens een prioriteitenlijstje van zaken die ik straks in de Tweede Kamer kan aanpakken op het gebied van toegankelijkheid en inclusie. Ik ben erg benieuwd!”

> Lees ook het gesprek met April Ranshuijsen (nr. 11 bij GroenLinks)