Download de app
Download de app
Navigatie knop

In gesprek met kandidaat-Kamerlid April Ranshuijsen

Nieuws

De stembussen voor de Tweede Kamerverkiezingen zijn vandaag geopend. Tot woensdagavond 17 maart 21.00 uur kun je je stem uitbrengen op één van de vele kandidaten. Twee van hen zullen als zij een zetel in de Tweede Kamer krijgen, extra aandacht besteden aan mensen met een beperking: April Ranshuijsen (nr. 11 bij GroenLinks) en Lucille Werner (nr. 10 bij CDA). Uniek Sporten en Ongehinderd vroegen deze kandidaat-Kamerleden naar hun drijfveren en plannen. Vandaag gaan we in gesprek met April.

April Ranshuijsen zit al sinds 2012 in de lokale politiek van de gemeente Nijmegen. Na de verkiezingen van 2017 werd ze fractievoorzitter van GroenLinks in de gemeenteraad van Nijmegen. Ze werkt daarnaast bij ’Onbeperkt Meedoen!‘ bij het Ministerie van VWS en bij Ieder(in), het grootste netwerk in Nederland van mensen met een beperking. Ze heeft zelf een duidelijke passie voor sport: in 2004 werd ze met het Nederlands team wereldkampioen rolstoelhockey. In die sport is zij nog altijd op recreatief niveau actief.

Wat is jouw drijfveer om de stap naar de landelijke politiek te maken?

“Ik ben de politiek ingegaan omdat ik een samenleving wil waar iedereen mee kan doen. Als fractievoorzitter van GroenLinks in Nijmegen vind ik dat ik al behoorlijk geslaagd ben in die missie. De thema’s toegankelijkheid en inclusie zitten hier behoorlijk tussen de oren bij alle politieke partijen. Er zijn zelfs andere partijen die mij nu op zaken attenderen rond deze thema’s. Beter kun je het niet doen volgens mij. Nu na zes jaar in de Nijmeegse politiek denk ik: dit moet voor heel Nederland gebeuren. Als er iemand is die weet waar het over gaat en het politieke handwerk kent dan ben ik het wel. Ik ben daar klaar voor en mijn partij vond dat ook. Zo kan ik hopelijk mijn missie voortzetten.”

Wat moet op het gebied van sport met een beperking veranderen in Nederland?

“Er zijn al behoorlijke stappen gezet, maar er moet nog best veel gebeuren. Bij toegankelijkheid hebben we het snel over sportaccommodaties, maar het gaat ook over het mengen van sporters met en zonder beperking. Vaak trainen zij nog apart van elkaar op aparte locaties. Ik merk ook dat bij mensen met een beperking snel wordt gedacht aan zorg, maar net als bij ieder ander gaat leven met een beperking om veel meer aspecten. Sport is voor mensen met een beperking net zo goed en belangrijk als ieder ander. Uniek Sporten vind ik een goed voorbeeld van hoe je dat meer kan stimuleren. Ik weet nog dat het platform opkwam in Nijmegen, waar het echt onderdeel van het beleid is geworden. Vanuit die tijd heb ik het langzaam bekender zien worden en groeien. Dat zijn mooie initiatieven. Uniek Sporten is het gelukt het landelijk uit te rollen, maar dat lukt heel veel goede initiatieven niet. Het is dus belangrijk om dit soort projecten te faciliteren en te ondersteunen zodat sport met een beperking normaler wordt.”

Welke drie mijlpalen wil jij na vier jaar in de Tweede Kamer hebben bereikt?

“Een belangrijk persoonlijk speerpunt van mij is ervaringsdeskundigheid. Het gebeurt nu nog veel te weinig dat de mensen voor wie het beleid wordt gemaakt daarbij worden betrokken. Daar wil ik een plan voor maken, want dat zijn nu te veel losse flarden.

Het tweede is dat kinderen met en zonder beperking samen naar school kunnen. Ze groeien nu op in gescheiden werelden qua onderwijs. Als je samen naar school gaat dan leer je van elkaar. Als je opgroeit met kinderen met een beperking dan is ben je daar als je ouder wordt in werk, studie of sport dan al aan gewend geraakt. Dan zijn zij geen uitzondering meer. Ik wil graag werken naar samen naar school onderwijs. Dat legt een basis voor de volgende generatie.

Het derde is dat ik vind dat toegankelijkheid de norm moet worden. Nu ligt de bewijslast bij het individu: jij moet het aantonen dat jij het nodig vindt dat er een aanpassing gedaan moet worden. Ik wil dat graag omdraaien zodat een organisatie of overheid zélf moet aantonen waarom het echt niet mogelijk is en waarom zij dus moeten afwijken van die norm. Als het openbaar vervoer, sportclubs, scholen, werk, voor iedereen toegankelijk zijn dan wordt het leven voor iedereen een stuk makkelijker. Het beste voorbeeld daarvan vind ik de brieven die we vanuit de overheid aanpassen voor mensen die laaggeletterd zijn of een beperking hebben. Die aanpassing is toch voor iedereen veel fijner? Ik denk dat als de wereld toegankelijker wordt op het gebied van communicatie of in de fysieke ruimte dan hebben we daar allemaal wat aan.”

Hoe wil jij contact houden met je achterban?

“Ik vind die ervaringsdeskundigheid belangrijk en zo wil ik gaan werken. Ik weet ook niet alles en pleit daarom voor meer samenwerking. Mail mij dus straks vooral als je goede suggesties of vragen hebt. Ik wil ook goede contacten houden met organisaties als Uniek Sporten en Ongehinderd om grote stappen te gaan zetten.”

 

> Lees ook het gesprek met Lucille Werner (nr. 10 bij CDA)

Partners van Ongehinderd

Met trots presenteren wij onze partners die samen met ons Nederland toegankelijker maken: